maandag 27 april 2015

Eisbocken van bier



Wat is het idee?

In Duitsland is de term eisbock bedacht voor een sterk bockbier dat door bevriezing sterker gemaakt is. Eigenlijk is de term voor de methode in het algemeen niet juist en is het officieel vriesconcentratie. De smaak en het mondgevoel van het bier worden door de concentratie intenser. De methode berust op de bevriezing van het water in het bier. Het ijs wordt verwijderd uit het bier en wat er overblijft is de alcohol en een geconcentreerd bier. De drank die eruit komt, mag eigenlijk geen bier meer heten, en is eerder een likeur geworden. 

Voor het vriesconcentreren is er gekozen voor een porter die met brettanomyces en frambozen is gebrouwen. De originele porter liet in het begin al wat te wensen over qua smaak. Toen is er voor gekozen om Brettanomyces en frambozen toe te voegen in de hoop het bier wat meer smaak te geven. De combinatie van het donkere bier en de zurige frambozen valt, zelfs na een half jaar op fles, niet prettig uit. In een laatste poging om nog iets met dit bier te kunnen, gaat deze in de de vriezer in. 


De praktijk

De methode is praktisch niet heel lastig uit te voeren. Het bier wordt overgebracht in een PET-fles en vervolgens in de vriezer gelegd. Nadat het bier bevroren is, haal je de fles uit de vriezer en zet hem op de kop op een opvangbak.  Het bier bevriest maar gedeeltelijk en er vormt zich een slush-puppy-achtige substantie. De deels bevroren massa zal langzaam smelten en als eerste de donkere, plakkerige vloeistof loslaten. Het proces wordt gestopt wanneer er witachtig ijs achterblijft in de PET-fles. In de foto's hieronder zijn de stappen weergegeven.


Bij de porter is de PET-fles niet helemaal gevuld en bevatte ongeveer 1,25 liter. De hoeveelheid bier die hieruit is gehaald is 1 liter, het ijs is, na smelten, 0,25 liter. Dit betekent een toename in alcohol, body en stroperigheid en natuurlijk ook in intensiteit van smaak. 

De proefnotitie


Om te bepalen of de gist nog iets gaat doen na het bevriezen, is er aan een aantal flesjes wat suiker toegevoegd. Eigenlijk hoeft een dik bier niet veel koolzuur te hebben, maar iets koolzuur is wel prettig. De smaak van het bier is na een aantal weken op fles, zoals verwacht erg zoet en dik. 

Het bier ziet er heel zwart uit en er komt nauwelijks schuim op. De geur is mild en ligt in het verlengde van het origineel. Het fruit in het bier komt minder zurig over en de gebrandheid lijkt ook lager. Van een enorme stijging van het alcoholpercentage is niet veel te merken, maar het bier is wel machtiger en zoeter. Het gebrek aan koolzuur zorgt voor een andere beleving van het bier en geeft het een soort likeurachtige sensatie.


6 opmerkingen:

  1. Interessant. We hadden zelf afgelopen jaar ook een bier met te weinig alcohol. Dit hebben we gestoken met ons te zware (maar platte) dubbel, maar het werd geen verbetering. Dit vriezen lijkt me ook een mooie methode om alcohol% eenvoudig te verhogen.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Hoi Ton, bedenk wel dat je onderweg ook wat koolzuur verliest. Voor de vorming van koolzuur kun je verse gist en suiker toevoegen. Laat me weten hoe die is geworden.

      Verwijderen
    2. Dag Gerben, als ik het goed voor heb zijn er vrij veel gisten die niet langer werken als het bier een te hoge alcohol content heeft. Dus ik vraag mij af of een (lichte) hergisting wel altijd mogelijk is?

      Verwijderen
    3. Hallo Kristof, je hebt gelijk. Er bestaan wel degelijk wijngisten of stookgisten die 16 tot 25% alcohol kunnen hebben. Voor de volgende keer.

      Verwijderen
    4. Ik had inderdaad nog geen andere gistsoorten bekeken dan diegene voor bier. Zal ik zeker eens bekijken dan. Thanks

      Verwijderen
    5. Als je een goede gist hebt gevonden, hoor ik het graag!

      Verwijderen