Het bier schenkt in met een oranje, iets doffe kleur. Het schuim is glasplakkend, en zakt in tot een romige laag. Er is genoeg, maar niet te veel koolzuur in het bier aanwezig.
De geur is fruitig, de Saaz en Amarillo hop geven dit bier een hoppigheid die ergens tussen de fruitigheid van de Amarillo en de aardse kruidigheid van de Saaz. Geen hoppigheid als een klap in het gezicht meer een 'sterke blonde', Belgische hoppigheid. De gebruikte Brett trois giststam geeft een mooie exotische fruitigheid die doet denken aan mango en ananas. Daarachter is er een gronderigheid of wilde geur te ruiken die kenmerkend is voor Brettanomyces.In de smaak is duidelijk de wilde gist te herkennen. Geen typische overdreven boerderij of paardendekensmaken die vaak bij wilde gist worden gemeld, maar wel iets wilds op de achtergrond. Het lijkt nog het meest op kurk of leer. Maar net als in de geur is dit verscholen achter een fruitige en mild hoppige muur van smaak. De bitterheid is voor dit bier aan de hoge kant; een goed na-ijlende bitter. Samen met de redelijk verre uitvergisting van het bier, geeft dit een droge afdronk. De smaak zal door de Brett in de loop van de tijd duidelijker wild worden.
Op dit moment is het bier minder dan 2 maanden op de fles en dus nog vrij jong. Desondanks is het een prettige doordrinker met een goede bitterheid. Brouwen met Brett gaan we vaker doen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten